Dat volwassen witstuitbarmsijzen een witte stuit moeten hebben, daar bestaat geen twijfel over. Hoe zit het echter met de juviniele vogels. Ik heb er hier een aantal zitten en die verschillen allemaal in kleurdiepte van de poten (van zwart tot bruin) en van een zeer vage bestreping tot een toch al wat duidelijker bestreping. Heeft iemand hier een duidelijk mening over wat wel nog witstuit is en wat al een kruising is daar ik mijn vogels raszuiver wil houden.
mvg,
Jan

Met name juveniele en 1e winter poppen zijn uiterlijk moeilijk van de C. flammea te onderscheiden.
C. hornemanni is wel lichter/bleeker op de onderzijden en is gemiddeld iets groter. (Cramp et al.)

Het is dus in de eerste plaats zaak de vogels pas te beoordelen wanneer ze volledig uitgekleurd zijn.

Svensson meldt (in 1992) dat ongeveer 2% van de noodelijke populatie C. hornemanni intermediair voorkomt met C.f.flammea en dat in dit gebied dan ook 'natuurlijke' hybriden worden waargenomen.

Verder bestaat er nog een algemene discussie over de stuitkleur bij hornemanni:
Moet de stuitkleur van de wistuitbarmsijs zuiver wit zijn?

Bij sommige duidelijke exemplaren van hornemanni is deze 'op het oog' geheel zuiver wit.
Let wel, het betreft natuurlijk geen albino's, dus wit betekent niet pigmentloos. Er zal in de onderkleur altijd een wat 'donkere' tint aanwezig zijn.

de aanwezigheid van enige (streep)tekening is omstreden, maar blijkt toch met tamelijk grote regelmaat voor te komen. In hoeverre b.v. leeftijd hier een rol speelt is mij niet voldoende bekend. Maar als dit geen hornemanni zijn, welke soort betreft het dan?

Om dit verhaal nog 'gemakkelijker' te maken kan ik je wel melden dat tussen de flammea ook wel exemplaren worden aangetroffen die aan de hand van biometrische gegevens niet of nauwelijks van flammea afwijken, ze hebben dus dezelfde afmetingen, maar toch een hele lichte (en zo goed als vrij van tekening) tot witte stuit!


Een ding is wel duidelijk, dit geen eenvoudige materie!
Zolang je onmiskenbare duidelijke exemplaren in handen hebt gaat het nog wel, maar al die tussen vormen (m.n.poppen) maken het soms bijzonder moeilijk.

'k ben zelf ook heel wat gaan opzoeken. Nu ben ik tot de conclusie gekomen dat witstuitbarmsijs nog eens opgesplitst wordt in 2 ondersoorten: de kleine witstuitbarmsijs Carduelis hornemanni exilipes en de grote witstuitbarmsijs Carduelis h. hornemanni. De grote is zeer goed te herkennen daar het om grote vogels gaat die zeer licht van kleur zijn en dus altijd over de zuiver witte stuit beschikken. Het is de kleine die voor problemen zorgt daar die qua afmetingen gelijk is aan de Carduelis f. flamea en die ook op heel wat plaatsen overlapt. Daarnaast zijn er ook exemplaren van de flammea die een volledig witte stuit bezitten. Maar het grootste verschil tussen de flammea en de hornemanni exilipes dat ik tot nutoe gevonden heb zit hem in de onderstaartveren. Die dient bij de exilipes in alle kleden volledig zuiver wit te zijn of slechts zeer fijne strepen te vertonen rond de schacht terwijl de flammea daar een zeer duidelijke pijlpunttekening vertoont. Men dient zeker eens onderstaande bron raad te plegen daar zeer veel foto's instaan die nog maar eens aantonen hoe moeilijk het is: flammea's met witte stuit en hornemanni exilipes met gestreepte stuit. Ik zal het pas volgend jaar bij de 2de rui zeker weten of ik nu de echte witstuitbarmsijs of een vorm van hybride heb zitten. Tot dan geef ik ze het voordeel van de twijfel omdat ze perfect binnen variabelen van een jonge Carduelis hornimanni exilipes passen en niet binnen deze van Carduelis flammea flammea

bron:http://www.zwvlkoepel.be/vwg/archief/Determinatietabel%20voor%20Barmsijzen.pdf